HET BENTHEIMER LANDSCHAAP

Het Bentheimer Landschaap is een meer dan 150 jaar oud schapenras. De eerste vermelding van het Bentheimer Landschaap is uit 1864. Het is ontstaan in de regio Bentheim / Emsland / Drenthe door kruising van Nederlandse en Duitse heideschapen. Het ras is vernoemd naar de Graafschap Bentheim. Het is zeer nauw verwant met het Schoonebeker schaap, het grootste Nederlandse heideschaap. De Schoonebeker kan gezien worden als een zuster-ras, dat eenzelfde ontwikkelingsgeschiedenis heeft als de Bentheimers. 

Foto: Linda Groeneveld

Het Bentheimer Landschaap is een robuust inheems huisdierras, dat zich uitstekend leent voor het landschapsonderhoud. Ze hebben een  rustige geaardheid en een goed ontwikkeld kuddegedrag. Het zijn langbenige, grote en krachtige schapen. De wol is wit, lang en dicht, wat het ras ongevoelig maakt voor wind en regen. De vacht kan tot aan de grond reiken. Rondom de ogen en aan de uiteinden van de oren hebben deze ongehoornde dieren typerende zwarte vlekken. Ze hebben grote oren en een bijzonder lange bewolde staart, waarom ze ook wel “Langsteert” worden genoemd. De smalle kop is langwerpig en rond en vooral de rammen bezitten een duidelijke ramsneus. De ooien bereiken een schofthoogte van zo’n 70 centimeter, de rammen zo’n 5 centimeter meer.  

Het Bentheimer Landschaap levert drie tot vijf kilo zuiver witte wol. Gezien de lage wolprijzen van tegenwoordig speelt dit economisch geen rol van betekenis meer. Belangrijker is dat ze een goede weerstand hebben, sober zijn qua behoeften en bekwaam om lange afstanden te lopen, dankzij hun harde klauwen. Ook de vleeskwaliteit is goed. Bovendien produceren ze rijkelijk nageslacht. De “aflamscore” ligt bij 150 tot 170 procent, wat betekent dat een moederschaap gemiddeld 1,5 tot 1,7 lammeren per jaar werpt. Al deze eigenschappen maken dat het Bentheimer Landschaap een ideaal schaap is voor het landschapsonderhoud. 

Rond 1950 waren er nog meer dan 10.000 Bentheimers. Door de intensivering van de landbouw en het gebrek aan winstgevendheid raakte het ras in de jaren zeventig vrijwel uitgestorven. Mede door hun geschiktheid voor landschapsbehoud zijn ze jaren geleden herontdekt en is de populatie weer aanzienlijk gegroeid. Het is vooral aan de inspanningen van de schaapherders uit de Graafschap Bentheim te danken dat het bestand aan Bentheimer Landschapen weer duidelijk stijgt. 

Graafschapper herders 2019
Grafschafter en Emsländer herders 2022

Naar boven